Dankzij tools als Aqsi en HappyBuildingIndex stijgt het belang van sociale duurzaamheid. Dit onderwerp stond dan ook centraal tijdens een van de ‘Round Tables’ tijdens Building Holland.
Op het hoofdpodium Gaia riep dagvoorzitter Pernille La Lau Marcel Vreecken (Velux), Jos Lichtenberg (TU Eindhoven), Harm Valk (Nieman Raadgevende Ingenieurs), Nelleke Nelis (Stichting VACpunt Wonen) en Louis Cleef (Rockwool) naar voren. “Wat is de aanleiding voor de Aqsi-tool?”, wilde La Lau weten. Aangezien Nieman een van de initiatiefnemers is, nam Valk het woord. “Hiermee willen we de sociale kwaliteiten van een gebouw in beeld brengen.”
Deze tool beschikt over 6 pijlers, te weten: veiligheid, gezondheid en comfort, onderhoud, aanpasbaarheid, toegankelijkheid en impact op de omgeving. Nelis beschouwde Aqsi dan ook als aanvulling op huidige labels. “Het voordeel hiervan is dat het de impact van materialen op bewoners toont.” Dit beaamde Valk. “Het gaat om de verborgen kwaliteiten van materialen, kwaliteiten die niet in het bestek staan.”
Gebouw staat er voor mensen
Ook Cleef liet weten het belang hiervan in te zien. “We richten ons bij duurzaamheid vooral op energiebesparing, maar de energiekosten vormen slechts 1% van het totale plaatje. De grootste kostenpost is het personeel: 90%. Dankzij deze tool staat de gebruiker dus centraal.” Vreecken herkent zich hierin. “Een gebouw staat er voor de mens. De factor people is dan ook het belangrijkste element van een ontwerp.”
Lichtenberg juichte het initiatief toe. “De bouwwereld is erg technocratisch. Dankzij deze tool komen de bewoners en gebruikers van een gebouw aan tafel te zitten. Hun wensen geven een gebouw extra waarde, waardoor dit een economisch model krijgt.”
Geen cijfers, maar inzichten
Valk vertelde wel dat Aqsi niet voor cijfers zorgt. “Gezondheid en comfort zijn verdraaid subjectief. Daarom zorgen we met Aqsi voor inzichten.” Een goede instelling, vond Lichtenberg. “Je moet niet iets meten, omdat het meetbaar is. Een beoordeling kan ook een goed hulpmiddel zijn.”
Dit geldt volgens Valk ook voor de Happy Building Index, waarop gebouwgebruikers hun mening over gebouwen kunnen geven. “Ze versterken elkaar. Dit geeft gebruikers een beter inzicht in het gebouw.” Hierbij sloot Vreecken zich aan. “Dankzij deze tools komt de sociale duurzaamheid ook op de agenda van opdrachtgevers te staan. De bouwers moeten hiervoor dan wel open staan.” Ook Nelis zag dit belang in. “Het is belangrijk dat er echt geluisterd wordt naar de eindgebruiker.”
Foto bovenaan: van links naar rechts Pernille La Lau, Marcel Vreecken, Jos Lichtenberg, Hamr Valk, Nelleke Nelis en Louis Cleef. (Foto: Robert Tjalondo)